Ras portret Labradoodle

(Labra)Doodles zijn niet meer weg te denken in het straatbeeld. Veel mensen zien in de Doodle een ideale gezinshond of zelfs hulphond. Inmiddels zijn er vele types, met een enorme diversiteit aan looks en karakters. En met een, meestal, niet-verharende doodle-vacht, die behoorlijk wat tijd en aandacht vraagt.

  • Herkomst: Australië
  • Levensverwachting:12 tot 16 jaar
  • Karakter: Sociaal, Intelligent, Energiek, Speels, Aanhankelijk
  • Gewicht: Reu: 25 – 35 kg Teef: 20 – 27 kg
  • Kleur: Zwart, Bruin, Karamel, Rood

Onderhoud cijfers

  • Wekelijks onderhoudt: 2 tot 8 uur
  • Frequentie trimsalon: 4 – 10 tot wekelijks
  • Duur trimsalon per keer: 2 tot 3 uur

De eerste kruisingen tussen de Labrador en de Poedel – de Labradoodles – waren vaak ruwharig. Riant grote honden waren het ook, door de ‘bastaardkracht’. Hun vrij korte, ruwe vacht verhaart echter en dat paste niet bij de wens van het fokken van een niet-verharend type hond. Dus er werd “teruggefokt” op de Poedel en/of er werden rassen als Spaniel en Wheaten Terriër ‘toegevoegd’. De niet-verharende vacht werd bereikt, maar daarmee ontstonden ook de problemen bij het onderhoud.

Vachttypen Labradoodle

De terug kruising naar de Poedel bracht een wollige, verende vacht. De kruising met de Golden Retriever gaf een wat meer sluikere vacht en alle bij mengingen van andere rassen maken de vacht minder of meer eenvoudig te onderhouden. Ook de vachttypen kregen ‘doodle-namen’ namelijk curly, fleece (voor het sluikere haar) en curly/fleece of wave/curly voor alles daartussenin. Een vuistregel is: meer haar per vierkante centimeter betekent meer onderhoud voor de eigenaar. In de basis is het noodzakelijk om elke individuele haar een goede verzorging te bieden, van de aanzet tot de haarpunt. Alleen dan kan klitvorming voorkomen worden. Een rechte haar kan een andere aanpak nodig hebben dan een gekrulde haar. De duur die daaraan besteed moet worden varieert van twee uur per week tot twee uur per dag … Mede afhankelijk van de lengte van de vacht, natuurlijk. Inmiddels neemt de variatie in ‘Doodles’ nog steeds toe. Naast de (Australian) Labradoodle (ook in midi of minivarianten) zien we onder andere Golden Doodle, Boef Doodle, Shepa Doodle, Berner Doodle en Multi-Doodle, maar de hoeveelheid vacht is altijd ‘veel’ of ‘meer dan veel’.

     

Klitten en vilten

De vacht is van het type dat niet verhaart en dat betekent dat de, toch wel loskomende, haren in de vacht blijven hangen. Die dode haren hebben de neiging om aan hun buurhaar vast te klitten en zo met elkaar een klit of zelfs viltplakkaat te vormen. Klitvorming gaat samen met iets wat lijkt op het krimpen van een wollen trui. De haren gaan door hun verstrengeling dichter naar elkaar toe en gaan daardoor aan de huid trekken. Naast dat er geen lucht meer bij de huid komt door de afsluiting van de opeengepakte haren is een strak zittende vacht ook geen pretje voor de hond. Klitten moeten dus altijd voorkomen worden! Dit kan door het kort houden van de vacht of door intensief onderhoud te (laten) plegen. Dat laatste kost (meestal) geld.

Antiallergische vacht?

CanF1 heet het eiwit dat bij één op de tien mensen in Nederland een allergie voor honden veroorzaakt. Het CanF1 eiwit komt voor in het speeksel van de hond, in de urine van de hond en op de huid en vacht. Elke hond (en soort) heeft deze eiwitten. Net als bij hooikoorts en huisstofmijtallergie spreken we van een inhalatieallergie wanneer de reacties vooral de luchtwegen en ogen beïnvloedt beïnvloeden. Het is niet mogelijk om een dier te fokken dat dit CanF1-eiwit niet of in mindere mate heeft, alhoewel dit soms wel beweerd wordt. Wat wél te proberen en misschien wel mogelijk is, is om het rond dwarrelen en het daardoor inademen van de eiwitdeeltjes te beperken. De deeltjes bevinden zich vooral op de haren. Een niet, of minder verharende vacht zal de CanF1-eiwitten in de vacht vasthouden in plaats van ze te verspreiden. Ook bij deze vachten is, om problemen te voorkomen, een intensief onderhoud aan te raden. Niet door te borstelen op een droge vacht, dan gaan de deeltjes toch nog de lucht in, maar wederom door veelvuldig en goed te (laten) wassen. Alle zich tussen de haren bevindende eiwitdeeltjes verdwijnen voor dat moment in het afvoerputje. De vachtverzorging zal bij voorkeur niet door de allergische persoon zelf gedaan moeten worden. Door de vacht een redelijke lengte te laten behouden en niet kort te scheren of knippen, blijft de mogelijkheid ook bestaan dat de eiwitdeeltjes tussen de haren vastgehouden worden. Wanneer de hond heel kort geschoren wordt zal er weer eerder een ‘dwarreleffect’ kunnen ontstaan.

Waterblazer

Ook de verzorging van vachten is aan ontwikkeling onderhevig. Zo is de waterblazer momenteel een attribuut dat je ‘moet’ hebben als doodle eigenaar. Wanneer goed gebruikt, zal de blazer goed helpen bij het separeren van de haren, zodat ze niet aan elkaar ‘kleven’. Ook blaas je veel vuil en schilfers uit de vacht waardoor de huid schoon blijft. De blaastechniek moet wel aangeleerd worden, want anders doe je meer kwaad dan goed. Elke lokale trimsalon zal graag een halfuurtje vrijmaken voor uitleg. Rustig blazen vanaf de huid is het devies en vooral niet ‘wapperen’. Noot: Doe dit blazen buiten of in een aparte ruimte! Modder en huidschilfers wil je niet door je huiskamer rondblazen!

Vachtwissel

Tot de Doodle een maand of acht is lijkt het hiervoor geschetste beeld een ver-van-je-bed show. De kam vliegt door de vacht, de hond is zo droog en dat beetje modder valt er ook vanzelf uit. Wanneer de vacht begint te veranderen lijken de klitten er wel in één nacht ingekomen te zijn! En de hond begint zich onmogelijk te gedragen. Dat laatste is wel logisch want aan klitten trekken met een kam is niet lollig voor het dier en hij zal zich proberen te onttrekken. Dit moment kómt, bij iedere Doodle. Altijd. Wees voorbereid!

Van dag tot dag

Na iedere regendag, na ieder uitstapje in de uiterwaarden of aan het strand moet de vacht verzorgd worden. Soms is ‘alleen blazen’ met de waterblazer voldoende. Vaker zal, bij een langere vacht, een hele bad beurt aan de orde zijn. De vacht goed reinigen, nabehandelen met een crèmespoeling en daarna drogen met de blazer en een staande föhn. De laatste maakt het mogelijk dat je, terwijl je droogt, ook de vacht kunt borstelen. Trek er gerust een paar uurtjes voor uit. Als ‘tegenprestatie’ ruikt de vacht meestal niet en zal je geen losse haren onder de bank of op het tapijt vinden. En natuurlijk de heerlijke doorwoelbaarheid van de vacht. Daar kan weinig tegenop. Kies je voor een beetje doorwoelbaarheid dan is een twee of drie centimeter lange vacht ook fijn. De tijdsduur van het onderhoud na de wandeling zal dan zomaar halveren. Je mag die keuze maken.

Niet pijnloos ontklitten

Wanneer het allemaal zo makkelijk is, waarom zien trimmers dan toch zoveel geklitte vachten die alleen maar gebaat zijn bij gladscheren? Echt, pijnloos ontklitten is onmogelijk. Sommige mensen kunnen ontklitten zonder de hond te laten piepen, maar ook dan is het niet pijnloos. Een klit heeft, door het trekken aan de huid, al een beurse/blauwe plek gemaakt in de opperhuid. Door aan diezelfde haren nog eens met een borstel te gaan trekken maak je dat echt alleen maar erger. Wees lief voor je Doodle en laat de geklitte vacht afscheren. Geef de huid de ruimte om te herstellen en begin aan een nieuwe ronde. Elke hond vriendelijke trimmer zal je dit advies geven. Omdat zij verstand van huid en vacht hebben én omdat ze van honden houden. Neem hun advies ter harte! Na deze eerste stap heb je alle ruimte voor een nieuw begin. Je kunt je verwachtingen eventueel bijstellen, misschien was de lengte te veel gevraagd? Heb je toch niet zoveel tijd om aan het onderhoud te besteden? Of ga je een ander borstelregime aanhouden, vaker naar de salon, vaker op de eigen tafel. Alles kan en mag, je Doodle blijft wie hij is, ongeacht het kapsel.

Vacht en zomer

Heeft je Doodle het warm in de zomer door zijn vacht? Ja, dat kan. Zware dichte vachten zonder klitten vormen ook een isolerende laag waardoor de warmte van het lichaam minder makkelijk afgevoerd kan worden. Om over een geklitte vacht nog maar te zwijgen natuurlijk, dat is meer een soort pantser. Ook de Doodle heeft in de zomer profijt van een wat korter kapsel. Er kan meer lucht tussen de haren en tot op de huid komen en het drogen na een welverdiende zwempartij is minder tijdrovend. Je doet jezelf én je hond hier een plezier mee.

Kies een kapper

Met wie ga je de relatie over de vachtverzorging van je Doodle aan. Dat is nogal een dingetje. Vaak wil de trimmer rustig werken en daarom graag alleen met de hond zijn. Maar je moet je dier dan wel achterlaten … Vertrouwen is dus heel belangrijk. Selecteer de trimmer dus niet op prijs of snelle beschikbaarheid, er moet meer aan vastzitten. Vraag rond, op verjaardagen, maar vooral ook tijdens je wandeling in het park. Welke honden vind je mooi verzorgd, ongeacht het ras. Spreek die mensen eens aan en vraag naar hun bevindingen. Uit hun verhalen filter je al snel die dingen die jou aanspreken. Zoals: is een trimmer kordaat of heel lief? Legt ze (de mannelijke trimmers zijn in de minderheid) dingen goed uit en kun je ook tussendoor terecht voor kleine klusjes als oogjes vrij knippen? Goedkoop is misschien duurkoop, maar de duurste is ook niet zomaar ‘de beste’. Degene die jouw wensen kan vertalen naar het kapsel van de hond én die de hond vertrouwen geeft op de trimtafel, dat is de kapper voor jullie. Nederland heeft zo’n 5000 trimsalons, België anderhalf keer zoveel. Er is altijd een passende match.

Tien tips van trimmers voor doodle-eigenaren

  1. Oefen eens op een nep hond met borstelen en kammen vóór je een Doodle koopt.
  2. Goed materiaal is heel belangrijk! Neem de juiste borstel, antiklitspray, shampoo en controleer je werk altijd met een kam.
  3. Gebruik een waterblazer!
  4. Schaf een trimtafel aan zodat je ook je eigen lijf goed behandelt tijdens het borstelen en kammen.
  5. Verwacht van een trimmer geen wonderen wanneer je zelf niks/weinig aan vachtverzorging/onderhoud kunt doen.
  6. Iedere 6 weken vachtbehandeling in een trim-salon is niet overdreven.
  7. Ook jouw Doodle is gewoon een hond. Geloof niet dat het onderhoud van de Doodle eenvoudig(er) is.
  8. Pijnloos ontklitten bestaat niet.
  9. Wees eerlijk, kies de lengte van de vacht die past bij jouw hond en levensstijl.
  10. Kom langs in de trimsalon wanneer (of liever vóórdat) je letterlijk met de handen in het haar zit. Trimmers houden van honden en helpen graag!

Bronverwijzing: “Onze hond magazine”